introductie
|
Dit artikel is een zeer beknopte toelichting op de RT-3600 zendontvanger uit de FM-3600 familie. In de basis staat hier alle belangrijke informatie over de RT-3600.
Hierboven staat een tekening van de RT-3600 zendontvanger die in de periode 1981...2000 gebruikt is door de Nederlanse Koninklijke Landmacht voor radiocommunicatie. Het frequentiebereik is 26,000...69,950 MHZ en zendt en ontvangst alleen in de FM (Frequentie Modulatie) modus. De stapgrootte tussen kanalen is 50 kHz en de zwaai/deviatie is oorspronkelijk 10 kHz. Het zendvermogen van de RT-3600 (zonder additionele versterker) is ongeveer 1 Watt.
|
geschiedenis
|
De FM-3600 familie, waar de RT-3600 zendontvanger onderdeel van is, is de opvolger van de Amerikaanse AN/VRC, AN/GRC en AN/PRC serie. De Koninklijke Landmacht heeft in nauwe samenwerking met Philips Telecommunicatie Industrie in Huizen het FM-3600 systeem ontwikkeld. Het FM-3600 systeem is een 'hoogstandje van techniek' door goede engineering. Door de hoge eisen is het wel een relatief duur systeem geworden. Het radio systeem is zeer degelijk en ook veelzijdig door de modulaire structuur. Afhankelijk van de behoeft is de samenstelling te variëren van een portabele 'manpack' zendontvanger tot een uitgebreide voertuig installatie met drie zendontvangers, een inter- en extercom systeem, boordnet, voeding en bijvoorbeeld RF eindversterkers. Door de hoge kosten is de gehoopte export minimaal geweest omdat in vergelijking Amerikaanse, Engelse en Italiaanse radiozendapparatuur goedkoper was.
Het FM-3600 radiosysteem is in de periode 1981...2000 professioneel gebruikt door defensie. In deze periode is ook het (goedkopere) FM-4600 als opvolger toegepast, maar het FM-3600 is nooit uitgefaseerd waardoor de FM-3600 en FM-4600 naast elkaar zijn gebruikt.
Na het jaar 2000 is het FM-3600 systeem vervangen door het FM-9000 systeem. Alle RT-3600 apparatuur is hiermee gedemilitariseerd en in 'de dump' verkocht. Bij het demilitariseren zijn modules 7 en een deel van module 6 verwijderd waardoor de RT-3600 alleen nog maar kon ontvangen (na een modificatie). De ontbrekende modules zijn uiteindelijk toch op de markt gekomen waardoor het mogelijk is geweest om de RT-3600 weer in originele (zendende) staat te maken. Na de FM-3600 en de opvolgende FM-4600 is er geen leger radiozendapparatuur meer in 'de dump' te koop omdat defensie alle zogeheten tactische goeden vernietigt. Het is zeer jammer dat prachtige en bruikbare zendapparatuur vernietigd wordt, maar het valt hiermee niet in 'verkeerde handen'.
Er is veel FM-3600 apparatuur voor relatief lage prijzen verkocht na het jaar 2000. Momenteel is FM-3600 apparatuur duurder omdat de spullen schaars zijn geworden. Momenteel zijn FM-3600 zendontvangers in bezit van verzamelaars, eigenaars van historische legervoertuigen en in het bijzonder experimenteel radio onderzoekers (zendamateurs). De laatst genoemde groep mag zenden met de FM-3600 apparatuur op de 10 meter band (28...29 MHz) en de zes meter band (50 MHz) mits gehouden aan de machtigingsvoorwaarden.
|
modules 6 en 7
|
De RT-3600 is kort samengevat opgebouwd uit een frame met bedrading en insteekmodules. Het voordeel van het modulaire ontwerp is dat 'in het veld' snel en eenvoudig een kapotte module te herkennen is en eenvoudig te vervangen is. De (inmiddels beruchte) modules 6 en 7 zijn bij demilitarisatie verwijderd.
Module 6 is het RF deel van de zendontvanger waarin de mixer, oscillator en onder andere eindtrap is geplaatst. Door het verwijderen van een deel van module 6, kan de RT-3600 niet meer zenden. De zender oscillator [6J], eindtrap [6N+M], filtering [6L] en vermogensregeling [6P] is dan niet meer aanwezig. Voor ontvangst zijn de verwijderde delen van module 6 niet interessant.
Module 7 wordt ook wel de 'kristallentrein' genoemd. Module 7 zit rechts voor tegen te achterkant van het frontpaneel. De 50 kHz stappenschakelaar is mechanisch verbonden aan module 7. De 50 kHz stappenschakelaar kan 360 graden ronddraaien en bij elke stap worden er twee van de in totaal negen kristallen geactiveerd. De twee oscillator signalen van de geactiveerde kristallen worden gebruikt voor de naregeling van de oscillator. De hoofdoscillators van de zender en de ontvanger worden primair bepaald door de stand van de luchtcondensator dat aan de 1 MHz knop verbonden is. De oscillator kan 'bij worden gestuurd' door een gelijkspanning aan een varicap diode toe te voeren. Hiermee kan een afwijking in de frequentie worden gecorrigeerd. Het oscillator signaal wordt gemixt met een lokale oscillator signaal in module 3, en gemixt in modules 4 en 5. Modules 4 en 5 worden gevoed met de twee bewuste oscillator signalen uit module 7. uit module 5 volgt een gelijkspanning dat de hoofdoscillator bij kan sturen naar de gewenste frequentie. Dit is een faseregellus. Om de zender en ontvanger nauwkeurig op frequentie te houden zijn de signalen van module 7 dus nodig omdat anders de regellus 'open' is. Dus voor optimaal stabiel ontvangst is de aanwezigheid van module 7 gewenst. Wanneer module 7 ontbreekt bij ontvangst, is het middenfrequent (MF/IF) signaal vaak net niet de gewenste frequentie van 11,5 MHz. Het is mogelijk om de frequentie van de oscillator manueel bij te sturen met een instelbare gelijkspanning. Door een variabele weerstand toe te passen, is het mogelijk om de oscillator frequentie bij te regelen tot de gewenste frequentie. Wanneer de oscillator voldoende lineair is, volstaat waarschijnlijk een eenmalige afregeling. Een andere oplossing is om een potmeter in het frontpaneel te monteren om de fijnafstemming handmatig bij te kunnen regelen. In het verleden is een tweede handset connector verwijderd om deze potmeter te kunnen plaatsen.
Kortom: Modules 6 en 7 zijn nodig om de RT-3600 te kunnen laten zenden en ontvangen. Module 7 is nodig om de ontvanger exact op frequentie te laten werken waarbij zenden niet mogelijk is. Zonder modules 6 en 7 kan de RT-3600 niet zenden en is een naregeling nodig om exact op de juiste frequentie te kunnen ontvangen.
|
bediening
|
Hieronder staat een beknopte bediening van de RT-3600 zendontvanger. Afhankelijk van de aanwezige omringende apparatuur zoals een eindversterker, voeding en aanwezigheid van een intercom/luidspreker module kan de exacte bediening verschillen. In de basis staat hieronder alleen de bediening van de RT-3600 zendontvanger.
voorbereiding Sluit een audiogarnituur zoals een handset aan op connector [101] of [102]. Sluit een antenne aan op aansluiting [109], [110] of [111] wanneer de radioset als manpack wordt gebruikt. Wanneer er een versterker of junction box is aangesloten aan de achterzijde, moet de antenne op de BNC aansluiting aan de achterzijde worden aangesloten. Draai volume knop [106] volledig tegen de klok in tegen de eindaanslag om het audiosignaal te minimaliseren. Verplaats grendels [107] en [108] omhoog een naar achteren om de (eventuele) frequentie vergrendeling op te heffen.
frequentie instellen Bepaal de gewenste zendt-/ontvangstfrequentie, zoals 50,450 MHz. Bepaal in welk bandbereik het aantal MHz past en schakel knop [102] naar de overeenkomstige stand. Dus [47-70] omdat de gewenste 50 MHz tussen 47 en 70 MHz valt. Verdraai knop [103] totdat het gewenste aantal MHz zichtbaar wordt, in dit geval '50'. Verdraai knop [104] totdat het gewenste aantal kHz zichtbaar wordt, in dit geval '450'.
RT-3600 inschakelen Schakel de RT-3600 zendontvanger in door knop [105] één stand met de klok mee te draaien naar symbool [⊙]. Ze zendontvanger is nu ingeschakeld. Druk op knop [112] en controleer of de schaalverlichting gaat branden. Wanneer de schaalverlichting brand, is de RT-3600 voorzien van voedingsspanning. Draai volume knop [106] met de knop mee totdat er ruis hoorbaar is uit het audiogarnituur. Draai schakelaar [105] naar stand [1] of [2] zodat er geen ruis meer hoorbaar is. Op standen [1] en [2] is de squelch geactiveerd en is er alleen ontvangen geluid hoorbaar als er een radiosignaal wordt ontvangen. Draai knop [105] naar stand [TOON] wanneer er alleen een ontvangen signaal gewenst is dat voorzien is van een 150 Hz NATO squelch toon. Ontvangen signalen zonder deze 150 Hz NATO squelch toon, zullen de squelch niet open schakelen.
Verander het geluidsniveau met knop [108] naar wens en schakel schakelaar [105] naar de gewenste stand voor het squelch type.
|
fysieke beschrijving
|
Zoals hierboven vermeld is de RT-3600 (vereenvoudigd gezegd) opgebouwd uit een chassis met mechanica, bedrading en modules. Hieronder staat een bovenaanzicht afbeelding van een RT-3600 dat uit de behuizing is genomen. De onderkant van de afbeelding is de voorzijde van de zendontvanger. Noot: De rode ronde stickers horen oorspronkelijk niet op de modules. Dit zijn stickers die ik geplakt heb ter bevestiging dat ik de modules getest heb en dat het versie nummer aan de bovenkant eenvoudig zichtbaar is.
Rechts achterin is een 'blokje' te zien waarin de stekker aanwezig is dat verbonden hoort met een module dat achter de RT-3600 is geplaatst zoals een eindversterker of een junction box. Aan de voorzijde is veel mechanica te zien dat bewegende delen zijn om de frequentie keuze knoppen te verbinden met de nodige elektronica. De mechanica zorgt voor omschakeling van schakelaars voor de 'bank' selectie, de koppeling met de variabele luchtcondensator van de oscillator, variabele spoelen en dergelijke. Links zijn insteek modules één (ontvanger demodulator) en twee (zender modulator) zichtbaar. Rechts zijn insteek modules drie, vier en vijf zichtbaar voor de lokale oscillator en faseregellus. Tussen module twee en drie is module zes geplaatst. Module zes is het RF-deel met de mixers, oscillatoren, filters en dergelijke. Op de plek van de groene rechthoek hoort module zeven. Module zeven ontbreekt op deze foto. Op de plek van de oranje rechthoek hoort een deel van module zes. Het zender deel van deze RT-3600 ontbreekt helaas. (De coax kabel ligt hier los in de zendontvanger waar de ontbrekende module hoort.)
|
modules
|
Elke module is herkenbaar met een nummer dat overeenkomt met de documentatie. Het generieke module nummer is ook op een label aan de onderzijde van de module geplakt. Op de foto staat een voorbeeld van module nummer 4. De nummers van de uitneembare modules zijn 1...7. Elke module heeft aan de onderzijde op de uiteinden een positionering pen zodat de modules goed gepositioneerd kunnen worden. Nabij het midden van de module is ook een pen geplaatst. De positie van deze pen varieert afhankelijk van het module nummer. Dit voorkomt dat modules één en twee of drie, vier en vijf onderling worden uitgewisseld met mogelijke elektronische schade als gevolg. Ook staat er een stempel onderop de module dat het versienummer representeert. In de jaren zijn er ontwerpwijzigingen geweest waardoor er versieverschillen mogelijk zijn. Op de meest linkse module (nummer één) staat een stempel met opdruk '32'. Het rechter nummer correspondeert met de versie van print 'A' en het linker nummer correspondeert met de versie van print 'B'. Dus in dit voorbeeld is print 4A versie 2 en print 4B versie 3. Elke module heeft ook een sticker op de bovenzijde van de module met een nummer van vier tekens dat het batchnummer is. In de meest ideale situatie zijn alle nummers van de modules gelijk zoals samen geproduceerd. Echter zijn vaak modules verwisseld of vervangen waardoor de nummers niet meer overeenkomen zoals ook op de foto.
| Houd er rekening mee dat de modules met bouten vanaf de onderkant geborgd zijn. Alvorens modules te verwijderen moet de borgbout van de betreffende module los worden gedraaid en na plaatsen vast worden gedraaid. |
De locatie van modules 3, 4 en 5.
|
Gerelateerde artikelen
|
|